WLGS 20-03: 5 juni 2020
Update 9 november 2021
Het eerste boek is van de hand van Truus Bouman-Komen. Onderstaande beschrijving geeft uitstekend de sfeer van het boek weer. Graag prijs ik dit overzichtswerk van harte aan, omdat je een mooi overzicht krijgt van diepere achtergronden in de ontwikkeling van het Christendom in de afgelopen tweeduizend jaar. En er wordt een hele duidelijke link gelegd naar de diepere lagen voor het ontstaan van de Apostolische Beweging in het algemeen. Tot slot schenkt de schrijver aandacht aan de gevolgen van deze beweging. Hier wordt het Joodse spreekwoord bewaarheid twee Joden, drie meningen. Wie heeft er gelijk? Is er wel een gelijk? Is er voor ieder de ruimte in een tak van deze overkoepelende beweging? Mag ieder zijn waarheid hebben? Of wordt je platgewalst als jij jouw mening ventileert? Of overheerst het systeemdenken? Vooral in het laatste hoofdstuk komt dat ook aan de orde. Hier beschrijft zij haar liefde voor het Apostolische ideaal binnen het Genootschap. Maar ook de pijn van scheidingen van denkrichtingen die dwars door families heen lopen.
Heel recent ontving ik van een vriend een tekst van Colet van der Ven, lid van het liturgisch team in de Dominicus te Amsterdam. De tekst stamt uit een van haar overwegingen:
.... misschien is het wel een van de grootste menselijke talenten om in het hart van de hel te kunnen geloven in de hemel.
Om in het holst van de nacht te kunnen denken aan het ochtendgloren.
Om midden in een afzichtelijke hardvochtige wereld te durven dromen van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.
En om die droom te kerven in een hart, een boom, een stenen tafel.
Om haar te zingen, te spelen en te leven. Misschien betekent mens/zijn wel ten diepste dat je weigert de wereld als onveranderlijk te beschouwen.
Niets hoeft te blijven zoals het is. Ik niet, jij niet, wij niet de wereld niet.
Voor dat visionaire denken dat de grauwe werkelijkheid overstijgt is verbeeldingskracht nodig. En hoop. In de woorden van de Joodse Dichteres Hanny Michaelis:
Niet rooskleurig, het licht van mijn feiten,
Een handvol dode mussen en geen vogel in zicht
Toch hoor ik hem zingen, de lijster, de voorbode van de zoveelste
lente
En prompt steekt de hoop zijn zoveelste kop.
Tweeduizend jaar apostolische veelkleurigheid
Zoektochten van bevlogen mensen
De christelijke begrippen 'apostel' en ‘apostolisch’ zijn door de eeuwen heen op vele manieren ingekleurd. Daarbij ging het streven om naastenliefde te betonen helaas vaak gepaard met conflicten. In dit boek worden leven en werk belicht van mensen die in de afgelopen tweeduizend jaar van christelijke geschiedenis op markante wijze vorm en inhoud hebben gegeven aan de apostolische erfenis: stichters van kloosterorden, mystici, reformatoren en piëtisten. Veel aandacht krijgt Nikolaus von Zinzendorf, oprichter van de hernhutters, omdat bij hem duidelijk wordt hoe de verschillende stromingen op elkaar inwerken, conflicten veroorzaakt worden, verzoeningen tot stand komen en weer nieuwe conflicten ontstaan. Diezelfde patronen tekenen zich af in de opwekkingsbewegingen uit de negentiende eeuw en de pinksterbewegingen uit de twintigste en eenentwintigste eeuw, evenals in ontwikkelingen in de traditionele kerken na Napoleon. Het laatste hoofdstuk gaat over het ontstaan van het schisma in 1946 in de Hersteld Apostolische Zendinggemeente in de Eenheid der Apostelen en de ontwikkelingen erna in de Nieuw-Apostolische Kerk, de Gemeente van Apostolische Christenen en het Apostolisch Genootschap. Zowel de onoverbrugbaar geworden verschillen in geloofsinhoud als de overeenkomsten in levensstijl worden beschreven. De auteur pleit ervoor dat ieder sterk in zijn of haar eigen traditie staat met respect voor die van de ander. Het is – vindt ze – de moeite waard om te kijken waar raakvlakken liggen met andersdenkenden: samenwerking maakt de wereld mooier. Truus Bouman-Komen studeerde germanistiek en pedagogiek in Amsterdam en Zürich. Aan de Universiteit van Amsterdam slaagde zij cum laude voor het kandidaats- en doctoraalexamen. Ingrijpend in haar jeugd was het schisma dat zich in de geloofsrichting van haar ouders voordeed. Het bracht jarenlang onbespreekbaar verdriet in de familie. Dat was haar drijfveer om aan de Vrije Universiteit Amsterdam promotieonderzoek te doen. Haar proefschrift over broederliefde en vijandschap bij Zinzendorf verscheen in 2009. Datzelfde verdriet én de vreugde om recent herstel van familiebanden bewogen haar tijdens het schrijfproces van dit boek over apostolische veelkleurigheid.
Het tweede boek “Apostelkind" is van een hele andere orde:
Het is hoofdzakelijk een beschrijving van belevingen van iemand die opgegroeid is in een van de takken van de Apostolische Beweging, namelijk Renske Doorenspleet, en die zich daarvan heeft losgemaakt.
Zij heeft in haar beleving beknelling en gevangenschap ervaren. Naar mijn mening zijn er zeker overeenkomsten met ervaringen in andere takken van deze boom, de Apostolische Beweging. Hoe moeilijk dat voor sommigen misschien zal zijn, wil ik dat toch uitspreken.
En hierbij grijp ik terug naar de tekst van Colet van der Ven: Hoe langer ik er over na denk is haar tekst de basis geweest van mijn apostolisch denken. En nog steeds. Zo mooi verwoord. En deze beleef ik in al zijn grootsheid pas na mijn vertrek uit de NAK waar ik naar vrijheid zocht en steeds meer geketend werd en ja, me liet ketenen. En ook anderen mogelijk heb geketend. Met alle tegenstrijdige gevoelens en effecten die daar bij horen…….
Oordeel zelf.
Tussen 1946 en 2001 groeiden duizenden Nederlandse kinderen op in een verborgen, parallelle wereld. Ze vormden een gesloten gemeenschap met zo’n 30.000 ooms en tantes, broeders en zusters, en één Vader die volledige overgave eiste: de Apostel. De groep had dagelijkse bijeenkomsten, een eigen taalgebruik, een intensief jeugdprogramma, een bijzondere levenstaak, aparte regels en rituelen. Overdag functioneerden de kinderen in het zichtbare leven in Nederland. ’s Avonds en tijdens de weekenden leefden ze in een voor buitenstaanders onzichtbaar universum.
Renske Doorenspleet werd geboren in het Apostolisch Genootschap. Na haar uittreding in 1998 wil ze nog maar één ding: haar eigen weg gaan. Maar ze heeft haar jeugd nooit kunnen loslaten. In Apostelkind probeert ze te begrijpen wat haar is overkomen en welke ingrijpende gevolgen dat voor haar en anderen heeft gehad. Ze begint een zoektocht naar de geschiedenis en denkbeelden van de groep en verweeft archiefmateriaal en herinneringen tot een ontluisterend beeld van een gewoon – en tegelijkertijd ongewoon – Nederlands kind in de jaren zeventig en tachtig. Ook laat ze zien hoe deze beweging binnen onze democratie ongemoeid heeft kunnen voortbestaan.
Het resultaat is een adembenemend boek over interne dwang en machtsrelaties, de desinteresse van de buitenwereld, maar ook over de kracht van onbevangen nieuwsgierigheid en hechte vriendschap. Een ongekend verhaal.
In de media
Opiniestuk naar aanleiding van Apostelkind in het Reformatorisch Dagblad: [Apostelkind] schetst treffend de twee onverenigbare werelden waarin ik opgroeide. Het doorbreekt een hermetisch zwijgen. 21 april 2020.
Radio-documentaire over het boek Apostelkind in VPRO’s OVT: Het spoor terug: ‘Wat als je opgroeit in een parallelle wereld?’ 5 april 2020.
Interview met Renske Doorenspleet in het Reformatorisch Dagblad, 10 april 2020.
Interview met Renske Doorenspleet en bespreking van Apostelkind in het Nederlands Dagblad: ‘De fantoompijn van het Apostolisch Genootschap’ 8 April 2020.
Apostelkind besproken in Vrouw: ‘Vol liefde voor oom Apostel’ 8 april 2020.
Bespreking Apostelkind in De Monitor: ‘Een jeugd in het Apostolisch Genootschap: “Je was eigendom Gods”’ 7 april 2020.
Update 200620: De groene Amsterdammer 17 juni 2020 met een artikel van Franca Treur "Goddelijke Hormonen": https://www.groene.nl/artikel/goddelijke-hormonen
als afsluiting een gedicht uit het boek van Truus Bouman-Komen;
‘meer dan alles koester ik
kwetsbaar geslagen bruggen
-van wanhoopshout gebonden
met hoop en diep verlangen-
wankelwegen uitgestrekt
naar ongekend en ver
voorzichtig te betreden
liefde bouwt fragiel en teer
schuifelvoet en aarzelstap
terughoudend los te laten
een hartenklop als richtsnoer
weg van ik en jij naar wij
eenmaal aan de overkant
afstand slechts een ademtocht
wordt de ruimte tussen ons
een domein waar gods zich toont.’
Frank van den Ham, ‘een Brug’. [i]
[i] Frank van den Ham , ‘een Brug’, Gedichten 5.
Beste Gerrit, je hebt mijn boek ‘Tweeduizend jaar apostolischen veelkleurigheid’ en het boek ‘ Apostelkind’ van Renske Doorenspleet op een ontroerende manier samengevoegd met jezelf als overbrugging.
Het RTS (Religious Trauma Syndrom) doet zich in vele religieuze richtingen met strenge leefregels voor. Bijvoorbeeld ook al het achttiende-eeuwse piëtisme, in richtingen ervan waar de bevlogenheid was gaan kwijnen en de verstarde regels gingen knellen en benauwen.
Evenals Renske speelde dat bij mij in mijn jeugd binnen het Apostolisch Genootschap. Ook ik ben getraumatiseerd, maar heb dat met hulp van velen leren hanteren.
Anders dan Renske heb ik de oprechte bezieling uit de begintijd van het genootschap meegemaakt en anders dan Renske heb ik ook heel veel vreugde en oprichtingskracht in het…